Nancy de Graaf: Maar Niet in het Midden

Nancy de Graaf: Maar Niet in het Midden

Nancy de Graaf:
Maar Niet in het Midden


Nancy de Graaf is geboren in 1989 in Apeldoorn. In 2016 behaalt ze haar Bachelor diploma in de richting Fine Art Painting in het AKI ArtEZ te Enschede. Vanuit haar geboorteplaats pendelt ze dagelijks naar haar atelier in Nijmegen. In deze tentoonstelling laat ze de ontwikkeling in haar oeuvre zien aan de hand van haar eerdere, meer-figuratieve en haar recente, meer-abstracte werken.

De Graaf maakt – naar eigen zeggen – “ beeldend werk over wat ik niet zeggen kan. Een sfeer, een klank, een toon. Er zit in mijn werk een soort eenzaamheid gevangen, een soort kwetsbaarheid. Ik heb altijd veel woorden voor alles maar dat zijn altijd de dingen die ik wél zeggen kan. En die schrijf ik dan.” Voor de kunstenaar heeft een vorm, een kleur, een figuur of een woord een bepaalde betekenis. In al haar werk speelt ze met deze betekenis en met hun onderlinge associaties.

Het oeuvre van de kunstenaar bestaat vooral uit schilderijen en tekeningen. Bij het maken van de tekeningen komt er vaak tekst op haar af. Dit kan soms één zin zijn die meestal de titel van het werk wordt. De laatste tijd komt er uit die éne zin meermaals een dialoog voort. Zo ontstaan haar boekjes met korte verhalen en tekeningen.

In haar vroegere werken bevinden zich vaak figuren in een kwetsbare positie. Ze slapen, kruipen, zitten of staan met de rug naar de toeschouwer. Ze hebben meestal een inwaartse concentratie en zijn zich niet bewust van hun omgeving. De figuren hebben echter geen interactie met andere figuren of vormen in het werk. Ze zijn daar gewoon en zijn daar alleen. Veelal zijn het mannelijke figuren waarvan het hoofd of gezicht wegvalt achter een andere vorm.

De laatste tijd verdwijnt de mensfiguur uit haar werk en zijn er enkel nog maar delen of stukjes van te zien. Ze gebruikt deze stukjes uitsluitend omwille van hun vorm waardoor er een abstract beeld ontstaat met figuratieve elementen. De abstractie in haar werk is voortdurend gebaseerd op die figuratie. Het licht speelt eveneens een grote rol in deze abstrahering. Schaduwen en restruimten rond vormen versmelten op haar doek tot één grote nieuwe vorm.

In de grote kunstwerken lijken de figuratieve vormen zich te bevinden in een afgebakende ruimte, waar je als toeschouwer in zou kunnen klimmen. In het werk van Nancy komen ook vaak meubelstukken voor, met in het bijzonder stoelen. Ook heeft ze een fascinatie voor (lege) interieurs, het landschappelijke zonder een landschap te schilderen. Ze geven je een “buiten” gevoel binnen of een “binnen” gevoel buiten.

De onderwerpen van haar kunstwerken zijn niet streng van te voren bedacht. Ze ontstaan eerder intuïtief waarna ze een soort plan maakt voor het opzetten van de basis van het schilderij. Vervolgens bouwt ze het beeld laag na laag op. Ze creëert dynamiek in het beeld door vlakken achter elkaar te plaatsen, in elkaar te laten overlopen of te overschaduwen door een ander vorm. De eerste vorm die ze als basis opzet, blijft echter vaak op de voorgrond zichtbaar. De vormen en figuren, afwisselend figuratief en abstract, worden stuk voor stuk na elkaar in het bouwwerk geplaatst. Elke stap is een reactie op de vorige. Elk stuk dat ze schildert vraagt om een nieuw perspectief. Vaak weet ze zelf niet waar ze zal uitkomen. Na een aantal werken te hebben gemaakt, ziet ze pas wat de rode draad is in de reeks.

Alle werken hebben iets theatraals over zich. Door gebruik te maken van bepaalde opstellingen in de compositie en de bijzondere kadrering van het beeld ontstaat het idee van een toneelstuk. De regel die ze steeds voor ogen houdt tijdens het schilderen is: “Er mag van alles gebeuren, er mag van alles in allerlei richtingen schieten als het maar niet in het midden is.” Dit is waar haar haren recht van overeind komen staan.

Lees meer